Hier komt een koe en nog een koe,
Wij zeggen boe en nog eens boe!
En heffen onze grote kop
Maar langzaam, langzaam even op.
Met alle ernst en alle kracht
Wordt ’t grazen steeds door ons volbracht.
Het eten goed verteren,
Kan niemand beter leren.
Wij eten kauwend ’t hele jaar,
Daarom is ook ons lijf zo zwaar.
We maken straks de kind’ren blij,
Verterend ’t groene gras der wei,
Want dromerig en ongestoord
En malend, kauwende maar voort,
Wordt ’t gras, dat ons zo heerlijk smaakt,
Tot zuiverwitte melk gemaakt.
We houden veel van mens en aarde
En geven daag’lijks iets van waarde.
T. H.-H.
De koe